Herijking begrenzing pachtregio’s
LTO en BLHB hebben gezamenlijk het ministerie van LNV verzocht het kader voor de begrenzing van de pachtregio’s ter herijken. Al vanaf de start van het nieuwe pachtprijzenbesluit in 2007 gaf de begrenzing van de pachtregio’s discussie, maar ondanks diverse verzoeken heeft dit niet tot bijstellingen geleid.
Klachten
Vanaf 2007 hebben diverse leden van LTO en BLHB zich beklaagd over de onterechte indeling van hun bedrijf in een pachtregio. Meerdere malen hebben LTO en BLHB dit bij het ministerie van LNV onder de aandacht gebracht. Tot nu toe heeft het ministerie nog steeds niet gekozen voor een structurele aanpak en oplossing van de problematiek. Slechts in één incidenteel geval heeft het ministerie het pachtprijzenbesluit aangepast en de ‘nieuwe’ gemeente Hollands Kroon bij de pachtregio Westelijk Holland ingedeeld.
Deze bijstelling verliep niet soepel. De gemeente Hollands Kroon is een samenvoeging van vier gemeenten. Twee van de vier voormalige gemeenten waren bij de pachtregio IJsselmeerpolders ingedeeld en door de fusie zou de nieuwe gemeente onterecht bij deze pachtregio worden ingedeeld. De andere twee behoorden tot de pachtregio Westelijk Holland.
De regionorm voor de pachtregio IJsselmeerpolders was en is nog steeds erg hoog ten opzichte van de dertien andere pachtregio’s. De bedrijfsuitkomsten van de agrariërs in deze voormalige gemeenten waren al veel lager dan die uit de andere polders in de provincie Flevoland. Door de hoge pachtprijs stond de bedrijfswinst en -continuïteit onder druk. De agrariërs in het gebied hebben onafhankelijke instanties rapporten laten opstellen en daarin werd hun stelling over de onterechte indeling bewezen. De bedrijfsuitkomsten per ha waren significant lager dan in de provincie Flevoland. Ondanks deze feiten was een intensieve lobby nodig om de bijstelling in het pachtprijzenbesluit te bewerkstellingen; uiteindelijk is deze gemeente bij de pachtregio Westelijk Holland ingedeeld.
Commissie Pachtnormen ll
De commissie pachtnormen ll (Van Hall-ll) heeft in 2010 de conclusie getrokken dat de gehanteerde indeling voor de pachtregio’s een verouderd systeem is. Het systeem dateert uit 1991. Binnen de randvoorwaarden van de commissieopdracht was het in 2010 niet mogelijk om te komen tot een nieuwe gebiedsindeling. De commissie heeft daarom geen aanbevelingen geformuleerd over aanpassingen in de regio-indeling.
De commissie Pachtnormen ll heeft ondanks haar opdracht meerdere zaken niet willen behandelen, waaronder een aantal ‘hete aardappelen’. Een voorbeeld daarvan is een nieuwe opzet voor de pachtprijs van bedrijfsgebouwen die later onder mysterieuze omstandigheden tot stand is gekomen (de trekkers van deze nieuwe systematiek waren niet onpartijdig). Helaas functioneert deze systematiek nog onvoldoende. Dit geldt ook voor de ontwikkeling van een systematiek van toeslagen- en aftrekposten voor de pachtprijs voor grond; die is daardoor nooit tot stand gekomen.
Kader indeling herijken
Niet alle pachtregio’s zijn geografisch logische eenheden en de omgevingsfactoren, zoals grondsoort en type bedrijven zijn verschillend. Vooral de grondsoort is van belang, omdat die in belangrijke mate het opbrengend vermogen bepaalt.
LTO en BLHB zijn zich ervan bewust dat het indelen van Nederland over 14 pachtregio’s altijd discussie zal geven. Nu de nieuwe regering is geïnstalleerd en de nieuwe minister een impuls aan de herziening van het pachtstelsel zal (moeten) geven, is het herijken van de regio-indeling een juiste en logische vraag.
Het kader voor de indeling en de begrenzing moet worden geëvalueerd en er dient een verkenning naar een nieuw kader te worden uitgevoerd. De vraag ligt voor of opschaling van het aantal regio’s gewenst is of uitbreiding van het aantal regio’s noodzakelijk is.
In ieder geval is een discussiepunt de indeling bij een gemeentelijke herindeling. Bij een samenvoeging van gemeenten wordt de nieuwe gemeente bij de pachtregio ingedeeld op basis van de voormalige grootste gemeente. Een voorbeeld hiervan is de gemeente Utrechtse Heuvelrug die voorheen uit de gemeenten Maarn, Amerongen, Leersum, Doorn en Driebergen bestond. Deze gemeente is door het voormalige LEI in de pachtregio Rivierengebied ingedeeld, maar het overgrote deel van deze gemeenten dient op basis van grondsoort en bedrijfstype bij de pachtregio Centraal Veehouderijgebied te worden ingedeeld. Een ander voorbeeld is de gemeente Coevorden die eerder bij het Noordelijk Veehouderijgebied of Veenkoloniën en Oldambt zou moeten worden ingedeeld in plaats van bij Oostelijk Veehouderijgebied. Deze voorbeelden hebben betrekking op de grensgebieden van de verschillende pachtregio’s. Onjuiste indeling kan tot grote omissies in het systeem leiden.
Inmiddels is een verzoek voor overleg bij het ministerie van LNV ingediend.
Oproep
De BLHB roept haar leden op of zij suggesties voor de indeling van de pachtregio’s hebben of vinden dat hun bedrijf of gemeente in een verkeerde pachtregio ligt.
